dinsdag 30 september 2008

Boodschappenlijstjes voor analfabeten

Ik laat niet veel van me horen maar ik ben ook bezig op mijn manier (traag, moeizaam). Ik geniet van wat jullie doen, reageer niet altijd. Wat ik schreef - een fragment van wat een hoofdstuk moet worden - heeft iets te maken met Woord en Beeld.


(...)
Maar stelen was toch het ergste. Mijn vader verwenste zijn kinderen maar ik vatte het niet persoonlijk op en hij verwenste mijn moeder die het persoonlijk opvatte en hij verwenste bovenal zijn eigen persoon en zijn lichtzinnigheid die hem op een koude winternacht het krapuul deed verwekken dat nu waarschijnlijk met de meid aan het vogelen was. Daarop stormde hij de trap op. De politiecommissaris vond het een interessante situatie. Maar mijn broer had een bed en een kast voor zijn kamerdeur geschoven en mijn vader kon alleen op hem schreeuwen en op de deur beuken en op de hond schoppen. De meid jammerde in haar kamer : er zou niet meer gevogeld worden die avond. Mijn moeder aan het huilen, mijn vader aan het razen, de hond aan het janken en op de tv was de Titanic aan het zinken en de derdeklassepassagiers geraakten niet in de reddingssloepen. On coule, on coule riep de gedubde kapitein. Dat was het laatste want de tv moest uit. Mijn broer sliep die nacht met een mes onder zijn hoofdkussen en van de rest sliep niemand die nacht.
Dat dienstmeisje door ons meid genoemd, was zestien en ze kwam van het Tehuis van de Verlaten Kinderen, waar ze grijze schorten droegen. Ze huilde als ze droevige liedjes hoorde op de radio en wij deden haar na. We waren de hatelijke kinderen, de wilden die we wilden zijn. Op een dag gaf ze me een klap en haar hand was hard en droog. Voor hem waren die handen zachter . Natuurlijk vonden zij elkaar. Want zij was analfabeet en mijn broer een jongen van weinig woorden. Mijn moeder vroeg hem de boodschappenlijstjes te tekenen. Hij tekende en kleurde. De lijstjes werden hoe langer hoe mooier. Hij bracht aquareltoetsen aan en clair-obscur-effecten. Hij had tekentalent, hij zou naar de tekenschool gaan. Ik heb er een paar van teruggevonden en bewaard. Ik zie de koffie dampen in de kopjes, de melk opspatten over de Kellogs, het zachtgele vruchtvlees van een pompelmoes glinsteren in de zon. Het waren miniatuurtjes van ajuinen en look, stillevens van Planta en Dash, het was zijn popart, hij werkte er uren aan.
En het was het beste van ons leven toen, van de rijkelijk gedekte tafel waar de spanningen rondgierden. We kenden tenminste de zorgeloosheid van de dingen. Ook al sluimerde de dood in de hand die hen tot leven bracht. Zo vonden zij elkaar. En verder was hij zoals zij : zestien. Zij droeg geen grijze schort meer.

4 opmerkingen:

Piet de Wolff zei

"Natuurlijk vonden zij elkaar. Want zij was analfabeet en mijn broer een jongen van weinig woorden."...... ( heerlijk ! )

paul zei

de titanic... on coule, on coule...
van metaforen gesproken
een gans gezin dreigt op de klippen te lopen
je schrijft in filmbeelden...
ik voel de spanning 'gieren', de hond janken, de vader razen, de meid te bang zijn om te denken aan vogelen...
subliem...

dit is woord en beeld ten voeten uit...

LUC RABAEY zei

'We kenden tenminste de zorgeloosheid van de dingen. Ook al sluimerde de dood in de hand die hen tot leven bracht.' Schitterende gebalde omschrijving.
'Creatieve expressie bedacht door een bourgeoise ten behoeve van een analfabeet.' past dan qua woordkeuze niet zo goed in het geheel. Vooral 'Creatieve expressie' en 'ten behoeve van' dan.

sputnik zei

merci voor de reacties

Luk : inderdaad, dat is de zin waar ik aan twijfelde en die er achteraf ingeplaatst is. Chapeau

Bedankt voor het programma van volgende donderdag