vrijdag 12 september 2008
Woord & Beeld (72)
© Luc Rabaey - De Haan/Oostende, Belgium 2007, 2008.
Binnenkort loopt in het Oud Stadhuis van Blankenberge een expo met foto 's van Susanne Stoop en Yvette Depaepe van de strandcabines van De Panne tot Zeebrugge.
Ze hebben mij gevraagd om op 4 oktober de finissage op te luisteren. In première voor Goed Gezien de body van mijn bijdrage.
1.
Mijn jeugd bracht ik aan zee door. Ik woonde in De Haan tot ik naar het binnenland vertrok om er te gaan studeren.
Ik herinner mij nog goed dat ik 'n keer, toen ik klein was, een heerlijk kinderlijk gevoel had. Ik liep op het strand en ik voelde hoe onmetelijk bevoorrecht ik was om aan zee te zijn en de weidsheid te kunnen aanschouwen - hoe dikwijls heb ik mij afgevraagd wat er te zien zou zijn voorbij de mysterieuze lijn die ik dan later horizon noemde -.
Ik voelde mij als een prins in het ‘Land aan de Zee’ en beklaagde alle mensen die een eind verderop woonden. Ik zag hun situatie als onuitstaanbaar omdat zij onherroepelijk omsingeld waren.
Door land.
Ik herinner mij nog goed het gevoel dat ik had denkend aan de mogelijkheid die ik had te kunnen ontsnappen.
Over zee. Ik ga naar zee vandaag.
2.
Ik ga naar zee vandaag en ik neem foto ‘s.
Foto ’s van strandhuisjes zonder mensen. Enkele late gasten niet te na gesproken. Zeldzame schimmen. Mijmeraars. De mensen zijn naar huis. Want het is koud.
De huisjes staan er nog. Als stille getuigen. Scheefgezakt. Verlaten. Ze fluisteren verhalen van joelende kinderen en van ruggen rood als kreeft. Hun schaduwen liggen in het late zonlicht. Er staan voetstappen in het zand. Er vaart een sloep in de mist. De zilte luchten staan zeer hoog. Enkele meeuwen vliegen voor mijn lens. Laat ze maar vliegen, denk ik. Je houdt ze toch niet tegen. Met foto ’s houd je de tijd niet tegen. Maar het helpt.
3.
Laat ze ons dan namen geven, de strandhuisjes. Zoals de villa ‘s.
Alice, Véronique, Zomerweelde, Zonnestraal, Mon rêve, Marie-Jeanne, De eerste kus, Princesse Astrid, Susanne, Yvette, Avondrood, Grensland.
Laat ze ons namen geven als titels van boeken en van films. Tiny aan zee, A bout de souffle, Une journée à la camapgne, Death in Venice, The Titanic, Jaws.
Laat ze dragers zijn van poëzie. Voor als het regent. Of voor de winter. Voor als ze er niet staan.
4.
Zeezicht.
De lucht licht op
In vele tinten wit en blauw.
De wind raakt mij niet.
Het zand gaat liggen
Aan deze kant.
Zoals ik
Op mijn rug.
Met jou.
5.
Achter ons de blanke bergen.
Voor ons een zee van tijd.
De verrekijker zoekt.
Naar vrouwvolk en naar schelpen.
Een kleine ferry vaart naar Engeland.
De gele vlieger klieft zijn baan.
Aangepord maar eigenwijs.
Ijsjes vallen in het zand.
De redders zijn aan land.
In dit lichtvoetig paradijs
Is niets aan de hand.
6.
All in one.
Livingroom.
Aanrecht.
Veranda.
Débarras.
Tuin met stoelen.
En met bloemen
Van papier.
Tuin met vijver.
Vijver met garnaal
En kwallen.
Zandbak in de tuin.
Tour de France met knikkers.
Jeu de boules.
Studeerkamer - zij onderzoeken de natuur.
De menselijke soort -.
Eetkamer.
Tomate crevettes.
Boules de Berlin.
Badezimmer.
Une seule fois on y a fait l’ amour.
Chambre à coucher.
Ils s’ en foutent.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Merci, Luc. Bij de Tour de France met knikkers ging er bij mij een lang vergeten belletje rinkelen.
Een reactie posten